Broodkruimels…
Vera had intense dagen achter de rug met een training die veel van haar had gevraagd. De trainers waren toegewijd aanwezig geweest in de groep en hadden oog voor waar iedereen behoefte aan had. Ze hadden op indrukwekkende wijze veel energie én veel rust in de groep ingebracht. Ze kijkt er met voldoening op terug, maar heeft ook veel om op te reflecteren en ik heb tijd om naar haar te luisteren. Ik ben al eerder met haar in gesprek geweest en onze vertrouwdheid geeft veilige bedding aan ons gesprek. Ze brandt meteen los.
Vera had op de laatste ochtend van de training ontroerd om zich heen gekeken en gezien hoe alle deelnemers met elkaar aan de babbel waren. Ze was zelf ook gezellig in gesprek geweest, maar vervolgens had ze even alleen gezeten en onverwacht waren alle ervaringen van de training samengevloeid tot één groot innerlijk spektakel. De inzichten schreeuwden om aandacht: ‘Heb je dit wel door? Heb je je dát wel gerealiseerd? Vind je zus niet bijzonder? Heb je zó wel tot je laten doordringen? Zie je wel hoe dit samenhangt met wat je eerder al had ontdekt?’ Ze zit wat verslagen tegenover me en zegt: “Ik voel wel dat er een link is tussen mijn levensverhaal en mijn gevoel over wat er momenteel allemaal gebeurt. Ik voelde dat die ochtend ook, maar ik kon er geen woorden aan geven. Ik voelde alleen maar vanuit mijn tenen de tranen opwellen. Ik kreeg het benauwd; ik zat met mijn ogen dicht en had het gevoel geen adem te krijgen. Ik was bang dat ik helemaal in stukjes uit elkaar zou vallen. Ik had al mijn aandacht nodig om mijn ademhaling op orde te houden en ruimte te geven aan die tranen.

De geluiden om me heen leken weg te vallen. Ik zat daar met mijn ogen dicht en was me gewaar van alles wat er in mij opkwam, tot ik ineens een hand op mijn rug voelde. Ik wíst gewoon dat die van één van de trainers was; ik herkende de energie die er vanuit ging. Ik keek heel even en zag dat ik gelijk had. Ik kreeg de aanmoediging om dieper te ademen, omdat mijn ademhaling zo hoog in mijn borst zat. Ik probeerde dat, maar het was moeilijk. Ik voelde me door mijn emoties totaal overmand…” De hand was een poosje op haar rug blijven liggen; toen kreeg ze een kus op haar kruin en werd ze weer aan zichzelf overgelaten; de trainer liep weg.
Vera denkt na en is even stil voordat ze haar verhaal vervolgt: “Enerzijds voelde ik me ongemakkelijk zo midden tussen iedereen in, maar ik wist dat de training was bedoeld om tot inzichten te komen, dus ik wilde er niet voor weglopen, maar ik wil ook niet meer doen alsof ik sterk ben en alles wel handelen kan. Wat er gebeurt en hoe mensen op me reageren… dat raakt me vaak zo diep. Ze denken geloof ik geregeld dat ik het allemaal wel aankan, omdat ik niet meteen omval, maar ik ben veel gevoeliger dan men dikwijls doorheeft en ik laat me bepaalde dynamieken niet meer aanleunen.” Ze klinkt feller. Ze vertelt over een aantal mensen met wie de communicatie al een tijdlang moeizaam verloopt. Ze heeft zich recent meer verdiept in uiteenlopende vormen van passieve agressie. Iemand heeft haar daar een tijd terug op gewezen en ze had er meer van willen weten opdat ze kon onderzoeken wat het inhield en of ze zich er schuldig aan maakte, zoals diegene beweerde. Nu ze nieuwe dingen heeft geleerd, kan ze elementen ervan sneller herkennen en let ze beter op hoe ze communiceert. “Ik heb gemerkt hoe vaak passieve agressie en ‘gaslighting’ aan de orde zijn. Ik vind dat moeilijk en ik ben geschokt en verdrietig over mijn eigen rol daarin en over wat ik niet in de gaten had. Ik zie nu beter hoe ik vroeger zó vaak op die manier werd bejegend dat ik het normaal ben gaan vinden. Ik heb niet altijd goed gecommuniceerd, maar heb ook te vaak geduld hoe er met mij werd omgegaan. Dat moet echt stoppen; ik wil dat niet meer doen en ik wil het ook niet meer incasseren…”

De tranen wellen op en Vera brengt haar verwachtingen van relaties en vriendschappen ter sprake: “Sommigen zeggen dat je geen verwachtingen moet hebben, omdat dat alleen maar teleurstellingen geeft, maar volgens mij is dat onmogelijk. Dingen als betrouwbaarheid, verantwoordelijkheid, wederkerigheid, kwetsbaarheid, openheid en aandacht… die zijn wezenlijk voor me. Die ervaar ik als menselijke waarden, maar zeker ook als sociale behoeften! Daar wil ik op kunnen rekenen.”
We zijn samen stil en ineens realiseert ze zich iets: “Ik kan me eigenlijk zo weinig herinneren van momenten in mijn kindertijd waarop mijn ouders echt blij waren mét mij en vóór mij. Af en toe gebeurde dat wel, maar het was zo sporadisch, lang niet zo vaak als ik wat ik mijn eigen kinderen probeer mee te geven… Ik nam gewoon genoegen met het weinige dat er was qua aandacht en emotionele beschikbaarheid… Die kreeg ik van hen beiden maar heel beperkt en ik word me er steeds meer bewust van dat ik er daardoor zó naar verlang in vriendschappen en liefdesrelaties. Veel te lang heb ik me ook daar tevreden gesteld met een schraal minimum en dat heeft tot veel gevoelens van eenzaamheid geleid…”
Ik kijk Vera aan en mijn gedachten gaan naar de voorstelling de dag ervoor, waarin de interviewer de gast aan het begin had gevraagd naar zijn definitie van vrijheid. De gast antwoordde: “Als je er niet naar verlangt, dán ben je echt vrij.” Er werd besmuikt gelachen in de grote, volle zaal; de suggestie kwam op allemaal naar huis te gaan, nu de grootste les al was uitgesproken. De interviewer was stil gebleven en de gast had met een grijns vervolgd: “Een kind dat lekker buiten aan het ravotten is en in het weiland bij de slootjes speelt en kan gaan en staan waar ‘ie wil… die heeft het niet over vrijheid, want die IS gewoon vrij. Pas als we dingen ontberen, gaan we ernaar verlangen en worden ze behoeften, begrippen die we willen definiëren, maar zodra dat gebeurt, weet je eigenlijk al wat er aan de hand is. Iemand die in een gezin of een groep de ‘verbinder’ is of wil zijn, heeft eerder in het leven of in een vorig leven een plaats en een rol gehad waarin er weinig verbinding was. Nu, in dit leven, in deze omgeving, wordt een poging ondernomen om dat goed te maken, om het anders te doen. We leven als het ware de dynamieken die we eerder misten; dat is waarom we hier zijn.”

De voorstelling had bijna drie uur geduurd, maar deze openingszinnen waren voor mij de belangrijkste van de avond geweest. Ik had ze mee naar huis genomen en herkende ze nu in de woorden van Vera. We diepen het verder uit en ik laat de term ‘broodkruimels’ vallen. Dat is een woord dat in het Engels wordt gebruikt voor relationele dynamieken waarin iemand zo ongelooflijk verlangt naar verbinding, veiligheid en oprechte, liefdevolle aandacht, dat ieder klein beetje van die waarden in ontvangst wordt genomen alsof er een feestmaal wordt opgediend, terwijl het slechts om broodkruimels gaat. De honger wordt er niet mee gestild, maar het is net zóveel dat de hoop wordt aangewakkerd dat er vroeg of laat wél een rijkelijk gevulde dis zal zijn. En hoe kwetsbaarder en hongeriger we zijn, hoe groter de kans is dat we de rode vlaggen van zo’n interactiepatroon gemakshalve negeren. Het wordt wel ‘intermittent reinforcement’ genoemd, een heftige vorm van emotionele verwaarlozing of eigenlijk emotioneel misbruik. Ik ken die dynamiek maar al te goed dus herken ik die nu in Vera’s woorden. We spiegelen elkaar wederzijds en dat verbindt ons.
We bespreken nog het één en ander en ze geeft aan dat ze meer duidelijkheid heeft gekregen over de samenhang tussen haar wensen, de manier waarop ze ermee omgaat en wat ze probeert te verdragen in de omgang met anderen. Natuurlijk komt daarbij ook weer aan de orde dat ze opnieuw midden in het spanningsveld tussen ‘hechting’ en ‘authenticiteit’ verkeert en dat als gevolg van de pijn van vroeger hechting nog vaak voorrang krijgt. Je grenzen bewaken, je waarden eerbiedigen… een jong kind kan dat niet, maar als volwassenen hebben we een (emotionele en gezondheids-)taak daarin en ze is nu op het dappere pad van zelfzorg hiervoor.











