De praktijkruimte is lekker warm; de kaarsjes branden en er staan verse bloemetjes. Vanuit het raam zie ik Isis aankomen en ik loop de trap af om haar welkom te heten. Het is fijn om elkaar, na een bondige telefonische uitwisseling, nu te ontmoeten. We beginnen ons gesprek met een korte creatieve check-in en dan leggen we het Mattenspel om in beeld te brengen hoe Isis de eigen kindertijd heeft ervaren en welke relaties daarin voor haar belangrijk waren op 16-jarige leeftijd. Al tijdens het leggen komen er dingen naar boven: “Ik heb geprobeerd er nog wat vrolijks van te maken”, is haar reactie als ik wijs op de blije smileys die pas in een laat stadium aan een aantal plekken en personen worden toegevoegd. Verderop in het gesprek komen we terug op deze veelvoorkomende behoefte om voor de binnen- en de buitenwereld een beeld hoog te houden van een gelukkige jeugd, ook als dat diep van binnen niet zo voelde. Als de legging naar de mening van Isis klaar is, kijken we er samen uitgebreid naar, bijvoorbeeld naar de boosheid die bij vader ligt. “Ik had foefjes om hem vrolijk te stemmen. Ik wist wat ik moest doen om straf te voorkomen. Zo moest je aan tafel bijvoorbeeld niks verkeerds zeggen, want als het allemaal niet netjes genoeg was en je ‘misdroeg’ je ondanks een waarschuwing, dan werd je in het magazijn achter de winkel opgesloten. Anders dan bij een zus is het mij nooit overkomen, maar de dreiging hing wel altijd in de lucht. Ik hield me dus stil, of ik verstopte me, en altijd voelde ik die spanning. Soms kreeg ik huisarrest, als ik betrapt was op een leugen. We werden niet gezien voor wie we waren en ik heb allerlei dingen gedaan om toch aandacht te krijgen, zoals dingen stelen uit de winkel van mijn ouders, of geld uit de portemonnee van mijn moeder. Ik heb haar dat niet lang geleden opgebiecht en hoewel ze het niet wilde geloven, heeft ze uiteindelijk toch mijn terugbetaling aanvaard. Ook met haar was en is het niet gemakkelijk, maar als kind voelde ik me bij haar nog relatief veilig; zij was in ons gezin meer de stabiele factor, al voelde ik me soms meer op mijn gemak bij de grotere luchtigheid en het gek doen van mijn vader.”
Isis vertelt hoe ze buiten het gezin haar heil zocht bij vrienden en vriendinnen, hoe ze spijbelde en wilde dingen deed. Met één vriend kreeg ze een relatie, maar bij hem thuis was de situatie bijna net zo moeilijk: onrust, spanning tussen de ouders, een botte vader… de dynamiek was vertrouwd. Ze gingen uit elkaar, kwamen later weer samen en trouwden toen Isis zwanger bleek te zijn. Na een miskraam werden er uiteindelijk drie kinderen geboren, maar het huwelijk hield geen stand en resulteerde in een vechtscheiding, die grote impact had op de partners en de kinderen. Als we tijdens ons gesprek meer in detail kijken naar de situatie van Isis, wiens vader al jong stierf, en naar die van haar eigen gezin, waarin de kinderen al jong hun thuisbasis verloren, dan zijn er opvallende overeenkomsten.
De reden dat Isis voor een gesprek bij mij is, is eigenlijk dat haar middelste kind, de 30-jarige Robin, het eigen leven niet goed op orde krijgt. Na een verbetering afgelopen jaar, toen Robin weer bij Isis woonde in een poging meer structuur te ontwikkelen, is er nu weer een terugval. Isis is verdrietig en vreest de verbinding met Robin te verliezen, ook omdat ze zich overweldigd voelt door alles wat er door de onrust wordt opgeroepen in haarzelf. “Je zou de plaatjes zo over elkaar kunnen leggen. Er zijn veel overlappingen in wat er in onze levens gebeurt. Robin en ik zijn allebei jong de deur uit gegaan en zijn gevlucht in weggaan en in verslavingen.” We spreken over de verschillende vormen van verslaving die er zijn en die veel meer omvatten dan alleen drugs of alcohol. Ook altijd de hort op zijn, voortdurend werken, op een negatieve manier aandacht vragen… het zijn allemaal gedragingen vanuit een diep verlangen om gevoelens van pijn en eenzaamheid te verdoven en de overtuiging te creëren dat je ergens bij hoort, dat je gezien en gehoord wordt. Ze helpen op de korte termijn, maar geven op de lange termijn schade en je kunt ze dan amper meer loslaten.
Dat Robin wél contact met vader heeft, maakt het emotioneel extra ingewikkeld voor Isis, die erg bezig is met wat haar eigen rol kan zijn voor Robin, wat er nodig is om weer verbinding te ervaren. We spreken over wat er bij het leggen van de geluksklavers in het Mattenspel gebeurde; bij diverse mensen lagen al klavertjes, maar bij Isis zelf nog niet en ze had gevraagd, terwijl ze mij aankeek: “Ik mag bij mezelf ook klavertjes leggen, zeker…?” Ik had geantwoord dat ze dat helemaal zelf mocht beslissen. Haar reactie was: “Hmmm… ja… ik vergeet mezelf een beetje…” In het vervolg van ons gesprek noem ik dat en Isis geeft aan dat ze zich ervan bewust was geweest. Nu ik er expliciet naar vraag, zegt ze dat het een rode draad in haar leven is, dat ze probeert het voor de ander goed te doen, maar daarbij niet vaak genoeg de vraag stelt of die keuzes ook goed voor háár zijn. We spreken in die context over authenticiteit en Isis zegt: “Nee, mijn authenticiteit blijft daarin niet goed overeind; dat realiseer ik me wel en ik ben daar meer mee bezig. Ik vind het alleen moeilijk om afstand te nemen en mijn eigen grenzen te bewaken, omdat men daar, toen ik kind was, zo vaak overheen is gegaan. Ik vraag me steeds weer af: ‘Was het wel goed genoeg? Had ik niet meer kunnen doen?’ Zo lastig allemaal…”
We zijn even stil samen; ik schenk opnieuw thee in en ik vraag haar hoe het nu met haar is. Ze denkt na; haar ogen vullen zich met tranen als ze zegt: “Ik voel verdriet; ik vraag me af… hoe verhoudt zich dit alles tot mijn relatie met Robin? Ik ervaar dat ik af en toe gewoon de weg kwijt ben, dat ik niet meer weet wat ik kan doen. Robin heeft zelf wel dingen geprobeerd tijdens de vechtscheiding om ons weer bij elkaar te brengen, maar de ontmoeting met mijn ex en mij die Robin een keer onaangekondigd organiseerde, vond ik heftig. Ik voelde me gemanipuleerd.” Ze is zich bewust van de vrijwel zeker goede intenties van Robin, maar toch werkte het niet. Ik kijk haar aan en voel haar innerlijke worsteling. Manipulatie… ik moet denken aan een andere interviewee die dat woord over zichzelf gebruikte en bij wie we er dieper op in gingen. We constateerden dat het een term was die de pijn van vroeger weerspiegelde, die ging over hoe ze werd bejegend door haar ouders, waarna ze in dat mantra was gaan geloven. In hoeverre was Isis als kind gemanipuleerd en triggerde de actie van Robin de pijn die vroeger was veroorzaakt? Ik vraag Isis wanneer ze zich voor het eerst gemanipuleerd voelde. Ze noemt haar huwelijk, maar als we verder zoeken, speelde het ook al in patronen in haar thuissituatie, waarin familieleden zeiden dat ze geen zin hadden om naar Isis te luisteren. “Nog steeds zeggen ze dat wel en dan komt er een heel diepe pijn bij mij naar boven; verdriet en boosheid voel ik.”
We spreken over haar eerdere uitspraak van ‘relatieve veiligheid’ die ze voelde bij haar moeder. “Ik wist wel dat het niet was zoals het moest zijn, maar ik nam er genoegen mee. Ik had geen keus en had het gevoel dat ik het hier dan maar mee moest doen en dat zij ook niet beter wisten en konden. Inmiddels heb ik best heel wat dingen bereikt en dan is het misschien verleidelijk alles weer weg te redeneren en te bagatelliseren, maar…” Ze valt stil en de tranen vloeien weer: “Veel patronen van vroeger bestaan nog steeds en ik heb een diepe angst dat ik Robin verlies. Ik geef nu mijn grenzen aan, maar met welke prijs gaat dát dan weer gepaard? Mijn angst Robin te verliezen was er zelfs al bij de geboorte… de angst om dat kleine hummeltje te verliezen… maar misschien was ik het zelf wel…”
We zwijgen samen in diepe ontroering, omdat ze nu vrijwel letterlijk zegt wat ze bedoelt, wat ze voelt als gevolg van wat er is gebeurd, namelijk dat ze zichzelf is kwijtgeraakt in de loop van haar leven. Dat ziet ze nu gespiegeld in haar kind en dat doet intens zeer.
Volgende week analyseren we een aantal van de punten die Isis naar voren heeft gebracht.