News

Een kansrijke start voor de jongsten in de samenleving!

Op 14 juni 2021 was ACE Aware NL één van de 750 aanwezigen bij de landelijke online conferentie ‘Kansrijke Start’. ‘Kansrijke Start’ is een actieprogramma van het ministerie VWS dat zich richt op het bieden van zorg en ondersteuning aan (aanstaande) ouders zodat hun kinderen zo gezond mogelijk hun leven starten. Via deze link kun je de conferentie terugkijken en kun je de inspiratiesessies beluisteren. Eén van de thema’s bij deze sessies was een onderzoek naar het inventariseren van kwetsbaarheid bij zwangeren en kraamvrouwen door geboortezorgprofessionals. Moeders gaan met de geboorte van hun kindje een nieuwe levensfase in, waarin hun eigen veerkracht heel belangrijk is voor de gezonde, kansrijke start van het leven van hun baby. Wanneer zorgverleners goed onderlegd zijn over de invloed van kwetsbaarheid op die start, kunnen moeders en gezinnen eerder de ondersteuning krijgen waaraan ze behoefte hebben. Via deze link kun je de lange versie van de sessie terugkijken en via deze link krijg je een korte impressie van het onderzoek.
Na een studie onder verloskundigen en JGZ-medewerkers loopt er nu ook een studie gericht op de rol van kraamverzorgenden bij het inventariseren van kwetsbaarheid in gezinnen. Dit onderzoek wordt geleid door gedragspsycholoog Lotte Spijkerman van onderzoeksbureau Dijksterhuis & van Baaren (D&B)).
Naar aanleiding van de conferentie spreken we Lotte en haar collega-stagiair Hannah van Steenis over onze wederzijdse doelstellingen, die mooi op elkaar aansluiten. Lotte en Hannah hebben gevraagd of de vragenlijst via de ACE Aware NL-website kan worden gedeeld, zodat nog meer moeders hun ervaringen kunnen delen. Daar helpen we graag aan mee! Onderstaand vind je eerst informatie over het onderzoek en de vragenlijst (die je hier kunt invullen en kunt doorsturen naar de doelgroep of je achterban) en daarna een verslag van het gesprek met de onderzoekers.

We beginnen met de vraag wat er bij vroegsignalering moet worden aangemerkt als kwetsbaarheid. Lotte vertelt dat het daarbij vooral gaat om de balans tussen risicofactoren enerzijds en beschermende factoren anderzijds. “Dat spectrum is heel breed”, vertelt Lotte; het kan bijvoorbeeld gaan over eenoudergezinnen, stabiliteit van de gezinssituatie, relatie tussen de ouders of over het sociale netwerk van het gezin. De beschermende factoren zijn dan eigenlijk de keerzijde van één en dezelfde medaille. Een harde definitie is lastig, maar meestal wordt zo wel duidelijk waaraan we kunnen denken. Stereotype ideeën daarover blijken vaak niet te kloppen; ook gezinnen waarvan je het niet meteen verwacht kunnen met allerlei hindernissen worstelen. Voorbeelden hiervan zijn hoge werkdruk, stress en burn-out.”

Kansrijke Start heeft een duidelijke focus op de combinatie van het medische en het sociale domein en ook daarover heeft Lotte een duidelijk idee voor het onderzoek: “Ons onderzoek richt zich vooral op het niet-medische aspect. De meetbaarheid, tastbaarheid en zichtbaarheid van medische zaken zoals hechtingen van de kraamvrouw, groei van de baby, huilgedrag van het kindje… dat kun je allemaal in cijfers opschrijven, maar het niet-medische is veel lastiger te noteren. Hoe goed is iemands netwerk, bijvoorbeeld? Je kunt dat niet in een cijfer vangen. Dat maakt het voor professionals ook lastiger om daarover het gesprek aan te gaan en het precies goed in te schatten. Op een bepaalde manier is een nieuw gezin altijd kwetsbaar, maar wanneer is het zorgelijk en alarmerend…? Dat is lastig! Daar willen we beter op kunnen signaleren, in dit geval via de kraamverzorgende.”

We spreken over het dualistische karakter van het splitsen tussen medisch en niet-medisch, terwijl die twee onlosmakelijk verbonden zijn, en over het sociaal-culturele aspect van hoe je groei en huilgedrag beoordeelt. Welke standaarden houd je aan? Wat is je norm, je referentiekader? Lotte: “Er gaan bij mij meteen twee belletjes af over dit onderwerp. Het eerste is dat veel professionals zich bewust worden van het belang van oordeelloosheid, dat je niet naar binnen stapt in een gezin met je eigen normen en waarden en dan bepaalt wat wel of niet goed is. Het maakt ook uit hoe je zélf bent opgegroeid en wat je thuis doet, bijvoorbeeld of je je eigen kind laat ontbijten met een boterham met chocopasta of dat dat ‘not done’ is. Dat referentiekader beïnvloedt wat iemand alarmerend vindt. Het andere belletje gaat over dat je het gesprek zou moeten aangaan over hoe het voor die specifieke persoon is. Als je dat doet, wordt het ook veel holistischer. Hoe ervaart iemand het verloop van het kraambed? Kraamverzorgenden willen in gesprek met kraamvrouwen sommige vragen eigenlijk liever niet stellen, omdat ze bang zijn de vertrouwensrelatie te verstoren. We zien dat een gynaecoloog of jeugdarts daar heel anders in staat; die vinden het prima om te vragen hoe het met iemand gaat, maar focussen toch vooral op het medische aspect. Nog niet altijd komen die twee velden goed bij elkaar. Onderlinge samenwerking in de keten via multidisciplinair contact en regionale ontmoetingen kan aan die holistische benadering zeker een bijdrage leveren!”

We spreken in lijn hiermee over het belang van de sociale context en de vraag wat de impact is van zorg op het ene niveau voor de zorg op het andere, het ‘downstream’ niveau. Als je goed voor de moeder zorgt, kan zij goed voor haar kind zorgen. En een stapje terug… als de ouders goed voor hun kind hebben gezorgd, kan dat kind goed voor het kleinkind zorgen. En een stapje richting samenleving en beleid… als professionals goed voor zichzelf zorgen en hun eigen levensverhaal kennen, en als beleidsmakers goed voor professionals zorgen, dan kunnen die goed afstemmen op de cliënt. “Ja, we zien het belang van de context ook in het hele perinatale veld! Bezuinigingen hebben ervoor gezorgd dat er dikwijls maar weinig ruimte is voor intervisie en coaching ‘on the job’. Altijd alleen werken maakt het voor kraamverzorgenden veel lastiger om eigen ideeën te toetsen aan andere visies en dingen te leren die je kunt doorgeven. Natuurlijk kunnen velen dat al hartstikke goed, maar bijvoorbeeld voor heel jonge kraamverzorgenden is dat nog een hele uitdaging. Tegelijk kan het voor oudere professionals verfrissend zijn om de ideeën van jonge collega’s te horen.”

We vragen naar de mogelijkheid van het vertalen van de onderzoeksvragen naar het Engels, om zo ook de expat-gemeenschap te kunnen bevragen op hun ervaringen. Helaas is daarvoor in deze fase van het onderzoek niet voldoende tijd meer beschikbaar, maar wellicht kan daar in een later stadium nog eens naar worden gekeken. Lotte zegt: “Wellicht is er aan het eind van het onderzoek door VWS nog een koppeling te maken, al zijn er best al wat inzichten verworven voor bepaalde aspecten in deze groep.”

Als het onderzoek onder kraamverzorgenden klaar is rond eind juli, worden de resultaten verwerkt in een rapport dat vergelijkbaar is met het rapport over het onderzoek onder verloskundigen en JGZ-medewerkers. Het rapport over kraamverzorgenden zal eind dit jaar af zijn. “We hopen dat ons onderzoek ook het belang van samenwerking tussen de verschillende beroepsgroepen laat zien. De integratie is immers waarom het echt gaat! Daarbij hebben we al gemerkt dat er veel betrokkenheid loskomt in het ‘schilletje’ buiten de direct betrokken groepen! We hebben heel veel verschillende mensen ontmoet en ook VWS wil aan al die invalshoeken graag een podium geven. Een apart deel van de website van VWS zal worden gewijd aan kwetsbaarheid en hoe die te signaleren.”

Welke tips kunnen we vinden in het  ? “Het lijkt erop dat het heel belangrijk is dat professionals benoemen waarom ze bepaalde dingen vragen, zodat ouders dat beter begrijpen. Ouders willen graag weten bij wie hun zaken terechtkomen en wat ermee wordt gedaan. Dat is belangrijk voor het vertrouwen dat ze kunnen hebben in de zorgverlener. Ook het invullen van een korte vragenlijst over risicofactoren en daarnaast het hebben van een persoonlijk gesprek lijkt veel effectiever te zijn dan die twee los te koppelen. Als het contact nog nieuw is, durft echter niet iedereen alles in een gesprek te bespreken. Het zelfstandig invullen van een vragenlijst werkt dan beter.” We spreken naar aanleiding hiervan over de autonomie van ouders: “Ja, professionals willen graag helpen, maar het kan een stukje beroepsdeformatie zijn om daarbij de rol van de ervaringsdeskundige te vergeten, terwijl je die juist nodig hebt. VWS heeft daarom een ‘spiegelgroep’ opgericht met vrouwen die zelf uit een kwetsbare situatie komen, vrouwen met de ‘lived experience’ die hun tegenslag omzetten in persoonlijke kracht. Dit zijn echte powervrouwen die helpen om ervaringsdeskundigen en professionals bij elkaar brengen. Hulp is niet altijd wat iemand nodig heeft; mensen willen geholpen worden in zelf beslissen. Het machtsverschil creëert gemakkelijk wantrouwen en er is diep van binnen dan veel angst bij ouders om hun kind te verliezen aan de instanties als er een oordeel over hun ouderschap wordt geveld. Cliënten worden daar sceptisch van en zorg loopt dan soms helemaal vast doordat er geen maatwerk is. Mogelijke oplossingen zijn geregeld niet beschikbaar omdat cliënten nét niet aan de criteria voldoen. Daar worden situaties soms heel complex van. Dit zijn allemaal zaken die aandacht verdienen, omdat ze kunnen helpen om de kwetsbaarheid te verminderen.”

We wensen Lotte en Hannah veel succes met het onderzoek en hopen met hen dat veel kraamgezinnen baat zullen hebben bij de resultaten van het onderzoek en acties die erop volgen! Ze zijn nog op zoek naar moeders die de vragenlijst willen invullen. Ken jij moeders of organisaties die hierbij zouden kunnen helpen? Deel de vragenlijst dan met hen! Dit kan door deze link te delen of contact op te nemen met Hannah via hannah@dbgedrag.nl

Vragenlijst - Moeders en kraamzorg Survey (surveymonkey.com)

Focus op oxytocine!

Van harte aanbevolen, de 3-daagse cursus met de mondiale expert op het gebied van oxytocine, Kerstin Uvnäs Moberg!

Voor meer informatie, zie de onderstaande links:
Zorgdragen Opleidingen: https://zorg-dragen.nl/?page_id=2275
Instituut voor Hechting: http://instituutvoorhechting.nl/focus-op-oxytocine/

Oxytocine is niet alleen een hormoon, maar ook een neurotransmitter en heeft veel van doen met hoe veilig we ons voelen, hoezeer we in staat zijn dingen te leren, hoe ons hele wezen zich kan herstellen van stress en hoe we ons verbonden voelen met anderen om ons heen. Er is heel, heel veel boeiende kennis over oxytocine, en als iemand daarover goed kan vertellen, dan is het Kerstin!
Wendy en Kirsten hebben een mooie locatie gevonden: het paviljoen in Nationaal Park De Hoge Veluwe. Meld je aan, voor de cursus op 8, 9 en 10 oktober!

UPDATE: Vanwege de nog steeds onzekere omstandigheden en de daaruit voortvloeiende coronamaatregelen hebben de organisatoren moeten besluiten de cursus te verplaatsen naar 10, 11 en 12 juni 2021. Zie voor actuele informatie de bovenstaande link en eventueel deze pagina: https://mbasic.facebook.com/FocusOpOxytocine/photos/a.143363190617013/160122048941127/?type=3&_rdr .

Op zoek naar het Innerlijke Kind!

Een online cursus voor professionals, gebaseerd op Robin Grille's boek 'The Inner Child Journey' (te vinden op de Boeken-pagina)!

"As parents we either unconsciously parent exactly as we were parented or we consciously try to do the exact opposite. Either way our parenting is trapped by how we were parented. I can think of no more important and liberating work for parents to do than to take this Inner Child Healing Journey with Robin Grille as their guide."    ~ Pam Leo, author, Connection Parenting