Conversaties, cocreaties en conceptualisaties
Afgelopen week wilden we een aantal interviews uitwerken tot blogteksten. Dat bleek, gezien de lengte van de ontmoetingen, een hele uitdaging! De professionals met wie we spreken, hebben prachtig mooie dingen te vertellen over hun werk. Er zit een schat aan verworven ervaring, opgedane kennis en reflectieve wijsheid samengebald in deze vaklieden, die wordt ingezet ten behoeve van de doelgroep. Dat kan zijn via hun praktijkvoering, hun workshops, hun onderzoek of hun schrijven. Daarmee zetten ze zich in om zorgvuldig recht te doen aan de menselijke kwetsbaarheid.
Die kwetsbaarheid is, op haar beurt, duidelijk zichtbaar in de verhalen van ervaringsdeskundigen. Hun ‘lived experience’, hun doorleefde ervaring, laat zien hoe verlies, verdriet en trauma vormende elementen zijn in een mensenleven. Allemaal vinden ze in de loop der jaren hun eigen manieren om daarmee om te gaan.
We ervaren het als een eer om naar die (soms aangrijpende) persoonlijke belevenissen te mogen luisteren en willen er recht aan doen. Dat betekent voor ons dat al die verhalen, van ervaringsdeskundigen en van professionals, een plaats verdienen binnen een goed geschetste context. Daarom kiezen we ervoor om niet via ‘cherrypicking’ een paar heftige, activistische of confronterende quotes eruit te lichten, omdat dan de nuances verdwijnen. Omdat we tegelijkertijd proberen de blogs een behapbare lengte te geven, kunnen we lang niet alles opnemen wat mensen vertellen. De ervaring heeft inmiddels namelijk geleerd dat wanneer je tijd neemt om met elkaar een open en aandachtig gesprek te voeren, de tijd bijna ongemerkt verstrijkt, omdat verteller en toehoorder wederzijds opgaan in de uitwisseling. Een gesprek van soms twee uur of langer is meestal niet in twee blogdelen te vatten.
Alles bij elkaar leidt dit ertoe dat we forse delen van de interviews bewaren voor een latere publicatie; over de precieze vorm daarvan gaan we binnenkort nadenken.
Bij wat we publiceren, in welke vorm ook, speelt de inbreng van de geïnterviewde een belangrijke rol, ook in het redactieproces. We maken de tekst samen; die is een cocreatie, opdat aan alle betrokken personen en processen recht wordt gedaan en er geen retraumatisering ontstaat.
Verder is het zo dat veel mensen ervaringen delen die door de sociale wetenschappen worden beschreven in de vorm van een ‘concept’, een theoretisch idee dat is verbonden met de empirische realiteit, met de beleving van mensen. Een voorbeeld daarvan is ‘trauma’ of ‘parentificatie’ of ‘symbolisch geweld’. We zullen de komende tijd af en toe zulke concepten bespreken, zodat we er in de blogs zelf via een link naar kunnen verwijzen en dan het betoog van de geïnterviewde niet hoeven te onderbreken met een uitgebreide uitleg. We hopen op deze manier toch zoveel mogelijk met jullie als lezers te kunnen delen van de indrukwekkende verhalen waarnaar we mogen luisteren. Ook de conceptuele duiding van een levensechte ervaring komt in samenspraak tot stand.
Zo lichtte ik in een recent interview met ‘Simone’ (pseudoniem) naar aanleiding van een opmerking van haar iets toe over de verschillende vormen van ‘kapitaal’ die socioloog Pierre Bourdieu onderscheidt: economisch (geld, spullen), sociaal (netwerk, wie je kent, wie je om hulp kunt vragen) en cultureel kapitaal (weten hoe dingen ‘horen’ en wat er van je wordt verwacht, kennis van muziek, geschiedenis of literatuur). Hoeveel je kapitalen waard zijn in je dagelijks leven, hangt nauw samen met de waarde die een bepaalde gemeenschap aan bepaalde kapitalen hecht: professoren hechten misschien minder aan kennis over voetbal, loodgieters minder aan kennis over kwantummechanica. De vierde vorm is symbolisch kapitaal; die vormt min of meer een optelsom van de andere drie. Het prestige, de status en de autoriteit die uit de andere kapitalen voortvloeien, bepalen mede welke waarde er wordt gehecht aan wat iemand doet, zegt of vindt; denk aan rolmodellen. Vroeger hadden de dominee, de pastoor, de notaris en het schoolhoofd bijvoorbeeld veel symbolisch kapitaal. Tegenwoordig zijn de beroepen wellicht deels veranderd, maar het principe is overeind gebleven (denk aan wetenschappers, artsen of politici). Degene met veel symbolisch kapitaal heeft geloofwaardigheid, en daarmee meer status, meer invloed en meer macht.
Misbruik maken van symbolisch kapitaal door je wil op te leggen of vooral je eigen positie te verbeteren, wordt ‘symbolisch geweld’ genoemd. Vanuit een ingewikkeld gevoel van vanzelfsprekendheid (“Het zal vast wel zo zijn wat die ander zegt, want die heeft de kennis, de positie, de inzichten”) houden degene die symbolisch geweld uitoefent en degene die eraan is onderworpen samen min of meer onuitgesproken de status quo in stand als een logische, natuurlijke orde der dingen.
(Ook hier dus cocreatie!) Tussen ouders en kinderen kan eveneens een dergelijke dynamiek ontstaan. Het kind ziet de overmacht van de ouder als normaal en heeft weinig tot geen mogelijkheden om zich eraan te onttrekken. Het inzicht dat je ouder niet altijd gelijk had en dat het klopte wat je als kind al voelde, maar waarop je de vinger niet kon leggen… dat inzicht komt vaak pas jaren later. Tegen die tijd zijn de overlevingsstrategieën die je als kind ontwikkelde, vaak al veel dieper in je persoonlijkheid ingesleten. Verderop in ons gesprek herkende Simone een paar keer dit mechanisme.
Nauw verbonden met ‘symbolisch geweld’ is het concept ‘autoritatieve kennis’, kennis die meer gezag heeft dan andere, omdat ze de staat van de wereld beter uitlegt of omdat ze afkomstig is van partijen met meer macht (en meestal beide), waardoor andere vormen van kennis naar de achtergrond verdwijnen. Daarbij gaat het niet om de juistheid van de kennis, maar om de geldingskracht. Een voorbeeld: in de tijd dat door de kerk werd gezegd dat de aarde plat was, was dit autoritatieve kennis en werd het als ketterij gezien wanneer je hier tegenin ging. Een ander voorbeeld: de heksenvervolging, die zo’n driehonderd jaar lang (van 1450 tot 1750) Europa in haar greep had, werd door de geïnstitutionaliseerde macht in stand gehouden en gesanctioneerd. Zowel de wetenschappers die beweerden dat de aarde rond was als de (veelal) oudere vrouwen die als natuurgenezers, helers en vroedvrouwen werkten, deelden niet-autoritatieve kennis. Het type kennis dat ze wél brachten, zou je kunnen scharen onder wat wel ‘ongemakkelijke kennis’ wordt genoemd, kennis die de potentie heeft de status quo te verstoren, maar die óók negatieve gevolgen heeft wanneer ze níet wordt toegepast. We zien hier dat kennis niet alleen macht is, maar dat macht ook tot (soms onterechte erkenning van) kennis leidt!
Jonge kinderen hebben diepgewortelde behoeften en daarnaast een uitgebreide set rechten, zoals onder andere vastgelegd in het VN-Kinderrechtenverdrag, ook door Nederland geratificeerd. Op grond daarvan hebben volwassenen belangrijke verantwoordelijkheden. Wanneer zich in een kinderleven problemen voordoen of als er sprake is van trauma, zullen we in veel gevallen ook stuiten op de impact van symbolisch geweld, autoritatieve kennis en weerstand tegen ongemakkelijke kennis. Wanneer die de toon zetten, is het heel moeilijk om de belangen van het kind goed te behartigen. Daarom kan het helpen die concepten te kennen en te zien dat ze in het (gezins)systeem verankerd liggen. Dan wordt het gemakkelijker om ze te herkennen en dát kan weer helpen om samen de richting van noodzakelijke verandering te bepalen. Ook daar is dus sprake van cocreatie: kinderen kunnen niet in hun eentje hun eigen welzijn realiseren. Dat vraagt in allerlei omgevingen een bewuste, sensitieve houding van volwassenen.
We hopen dat we met het toelichten van een aantal belangrijke concepten kunnen bijdragen aan meer inzicht in diverse interacties en patronen en zullen naar dit en andere blogs verwijzen waar dat toepasselijk is, zodat kennis niet zozeer macht is, maar kracht die kan worden ingezet voor het gezamenlijk creëren van welzijn en gezondheid!