Onlangs lazen we het boek ‘Ikigai – The Japanese Secret to a Long and Happy Life’, geschreven door Héctor García en Francesc Miralles. De term kan op verschillende manieren worden omschreven: zingeving, ‘raison d’être’, de reden waarvoor je in de ochtend uit bed komt.
Het is een belangrijk thema, zingeving. Wanneer er sprake is van trauma of indringend verlies, kunnen angstige en donkere gedachten en gevoelens zozeer de overhand nemen, dat het moeilijk wordt nog de zin van het leven te zien. Soms is het goed om voorzichtig weer te ontdekken wat vreugde geeft en welke elementen als een weldaad voor het lichaam voelen. Met kleine stapjes kan dan worden toegewerkt naar een situatie waarin ook grotere doelen weer een plaats kunnen krijgen voor de dagelijkse motivatie. Ook in de visie van Positieve Gezondheid heeft zingeving een cruciale plaats. Wanneer mensen worden bevraagd op de zes pijlers van het spinnenweb (lichaamsfuncties, mentaal welbevinden, zingeving, kwaliteit van leven, meedoen, en dagelijks functioneren), blijkt voor velen de component ‘zingeving’ de belangrijkste te zijn. We willen voelen dat we een zinvolle bijdrage leveren aan een groter geheel. Niet voor iedereen is dat hetzelfde onderwerp, maar wél delen we gezamenlijk die behoefte aan zingeving. Dit boek wil meer inzicht aanreiken voor zo’n salutogenetische benadering, een visie waarbij je niet dingen vermijdt zodat je niet ziek wordt, maar waarin je proactief dingen opzoekt die je gelukkig maken en zin geven aan je bestaan.
Na een inleidend Hoofdstuk I volgt Hoofdstuk II met een overzicht van kleine dingen die als optelsom een grote bijdrage leveren aan een lang en gelukkig leven. Denk bijvoorbeeld aan de Latijnse spreuk ‘mens sana in corpore sano’ – een gezonde geest in een gezond lichaam. Een open, flexibele geesteshouding helpt om je jong te blijven voelen, ook als het lichaam ouder wordt. Eén van de kernpunten van trauma is dat je een wezenlijk deel van je flexibiliteit verliest wanneer je structureel je overlevingsstrategieën moet inzetten. Stress bevordert celveroudering doordat het telomeren verzwakt, celstructuren die van invloed zijn op het herstellend vermogen van cellen en op de manier waarop ze verouderen (p. 23). Het stressniveau van je leven omlaag brengen kan bijvoorbeeld met hulp van meditatie, ademhalingsoefeningen en yoga. Ook zorgen voor voldoende beweging én voldoende slaap is belangrijk om lichaam en geest gezond te houden.
Hoofdstuk III bespreekt hoe het vinden van je ‘ikigai’, je doel in het leven, helpt om gezond te blijven. Het opent met een pittige vraag van de Oostenrijkse neuroloog, psychiater, en voormalig Auschwitz-gevangene Viktor Frankl (1905-1997), die naar verluidt zijn patiënten geregeld dit dilemma voorlegde: “Waarom pleeg je geen zelfmoord?” (p. 37). Hij zag dit als een manier om mensen indringend te confronteren met het feit dat ze in de meeste gevallen wel degelijk aspecten zagen die het leven de moeite waard maakten. Gevoelens van leegte, frustratie en angst, zo was de visie van Frankl, komen meestal voort uit de diepe behoefte aan een betekenisvol leven. Het hoofdstuk reikt vervolgens een mooi overzicht aan van het verschil tussen psychoanalyse en Frankl’s logotherapie, de methode waarbij patiënten worden aangemoedigd om heel bewust te ont-dekken wat de zin en het doel van hun leven zijn. Dat is helpend omdat ze dan werkelijk datgene kunnen gaan doen wat bij hun persoonlijke levensbestemming past. Frankl maakt daarbij een onderscheid tussen ‘mentaal ziekzijn’ en ‘spiritueel leed ervaren’ (p. 40): zonder zingeving lijdt de ziel. Dat is geen ziekte, maar een logisch gevolg van een onvervulde, inherent menselijke behoefte. De opdracht voor ieder mens is niet om zingeving te creëren, maar om de zingeving die diep van binnen in ons besloten ligt, te ont-dekken. Door te kijken naar situaties waarin we diep gefocust en ‘in flow’ zijn, waar alles vanzelf lijkt te gaan, kunnen we zicht krijgen op dat levensdoel.
De hoofdstukken 5 tot en met 8 reiken ervaringen aan van een groep zeer oude mensen in Japan en hoe zij kijken naar wat hen tot hier heeft gebracht, welke visies, voedingspatronen en lichamelijke oefeningen daarbij behulpzaam waren.
Hoofdstuk 9 spreekt onder andere over drie begrippen die aanduiden hoe een persoon, een ding of een organisatie reageert op tegenslag. Wanneer er iets gebeurt en er ontstaat gemakkelijk schade, dan spreken we over ‘fragiliteit’. Wanneer er iets gebeurt en dit kan worden doorstaan zonder tot verzwakking te leiden, dan spreken we over ‘veerkracht’. En een derde begrip omschrijft de situatie waarin er heftige invloeden of zelfs schades optreden en de persoon, het ding of de organisatie wordt daar niet zwakker, maar juist sterker van. In dat geval spreken we van ‘antifragiliteit’ (p. 174). Het boek reikt drie strategieën aan om antifragiel te worden: creëer meer opties (met niet één maar meerdere banen of klanten ben je minder van één inkomstenbron afhankelijk), wees behoedzaam op bepaalde terreinen en neem op andere juist veel kleine risico’s (kleine risico’s kunnen veel resultaat opleveren, zonder dat we onszelf blootstellen aan grote gevaren), doe afstand van zaken die je fragiel maken (niet te veel snacken, je schulden afbetalen, geen tijd met toxische mensen doorbrengen) en bedenk bovendien dat iedere tegenslag een kans op groei biedt (p. 176-179). Meer over dit concept, zo zeggen de auteurs, is te vinden in het boek ‘Antifragile’ van Nassim Nicholas Taleb. Toevallig ligt ook dat boek hier ook – een kleine 500 fijn bedrukte pagina’s dik. 😉
De epiloog vat de belangrijkste punten van het boek samen:
- Blijf actief en ga niet met pensioen.
- Doe het rustig aan.
- Vul je maag niet volledig (maar slechts voor 80%).
- Omring jezelf met goede vrienden.
- Kom in vorm voor je eerstvolgende verjaardag.
- Lach
- Kom weer in contact met de natuur.
- Wees dankbaar.
- Leef in het moment.
- Volg je ikigai.
Dit boek biedt mooie aanknopingspunten om naar je levensdoel op zoek te gaan. Waar wat weinig aandacht voor lijkt te zijn, is dat het brein in geval van vroegkinderlijk trauma zodanig is ‘gewired’ dat de fysiologie allerlei aspecten van het leven lastig(er) maakt. Ook worden er weinig woorden gewijd aan welke rol maatschappelijke factoren hierin spelen. Het is vooral gericht op wat je binnen je eigen context zelf zou kunnen doen. Als je daar meer over wilt weten, is dit een prachtig handzaam, vlot leesbaar naslagwerkje!